De Verdwenen Gordijnen van Oma
De verdwenen gordijnen
Vandaag neem ik jullie mee in het mysterie van oma’s verdwenen gordijnen. Op een woensdagavond gaat mijn telefoon over: het is mijn moeder. “Hoi mam,” neem ik op. “Hi, oma belde net…” hoor ik. Oh jee, wat is er nu weer aan de hand, schiet er door mijn hoofd. Ik heb haar echt net ’thuis’ gebracht in het verpleeghuis. Meestal als oma belt, is er iets aan de hand. Dan weet ze het even niet meer, omdat ze zelf iets vergeten is. Of ze weet het even niet meer omdat er iets geks is gebeurd en ze niet weet hoe ze dat moet oplossen.
Deze keer is er echt iets bijzonders aan de hand. Oma wilde naar bed gaan en haar gordijnen waren weg. Ik begin te lachen. “Wat zeg je?” vraag ik nog. Hoe kunnen gordijnen nou verdwijnen? Ik bedoel, er is al veel verdwenen uit oma’s kamer. Van haar telefoon tot haar sprei, van de omslagdoek tot zelfs oma’s onderbroeken moeten eraan geloven. Maar verdwenen gordijnen? Dat is nieuw.
Ik bied aan om oma op te halen zodat ze bij mij kan slapen. Nog geen uur geleden heb ik haar afgezet en zei ik tegen oma: “Tot vrijdag, oma. Dan kom je gezellig logeren, toch?” Ze had er zin in. Mijn moeder geeft aan dat zij oma ook kan ophalen. Aangezien we morgen allebei moeten werken, is dat misschien handiger. Mijn moeder werkt in het verpleeghuis waar oma woont, dus zij kan oma meteen weer meenemen. Nog steeds moet ik erom lachen. Hoe kunnen gordijnen nou verdwijnen?
Niet willen slapen door de verdwenen gordijnen
Oma heeft haar slaapkamer op de begane grond, op een hoek, met inkijk vanuit twee kanten. Ik begrijp heel goed dat ze niet zonder gordijnen wil slapen. Mijn moeder vertelt me dat ze de verzorgende aan de telefoon had. Met deze medewerker stond ik nog geen uur geleden in oma’s slaapkamer om oma’s jas op te hangen. Oma had eindelijk haar eigen tag op de slaapkamerdeur, terwijl mijn tag daar nog niet werkt. Daarom liep de medewerker met mij mee.
Zonder oma stonden we te kijken naar de half volle wasmand die in de ochtend was vergeten leeg te halen. “Er stond waarschijnlijk een uitzendkracht vanmorgen,” zegt ze. “Ja, ongetwijfeld. Kan gebeuren,” antwoord ik, terwijl we allebei weten dat het gevolg hiervan is dat oma een deel van haar vuile kleding opnieuw in de kast heeft gestopt en ze het later in de week opnieuw zal dragen. Maar het is goed dat ze het nu ziet en er iets aan gaat doen. Hoewel we allebei alert zijn op de wasmand, realiseren we ons op dat moment niet dat de gordijnen ontbreken.
“Het is toch raar dat alles hier maar verdwijnt”
Mijn telefoon gaat opnieuw. Oma belt. Ik haal even diep adem. “He oma, mis je me nu al?” “Nou ik zal je even vertellen Toosje, ze hebben in mijn kamer de gordijnen weggehaald. Ze zijn gewoon weg. Dat is toch raar dat hier alles maar verdwijnt”. Op de achtergrond hoor ik de dames waar ze het zo goed mee kan vinden. Ze zijn er allemaal verbolgen over: hoe kan het nou dat die gordijnen zomaar verdwenen zijn? “Jeetje oma, wat vreemd” antwoord ik, “zijn ze gewoon verdwenen?”. “Ja Noesje, ze zijn gewoon weg. Nou ja weg is weg”. Ik vraag oma of ze bij mij wilt slapen “dat zei je moeder ook al” antwoord ze. “Nee ik blijf hier gewoon zitten. Ze moeten het maar oplossen. Jij moet maar lekker gaan slapen en je geen zorgen maken”. De verbinding wordt alweer verbroken voor ik nog kan antwoorden.
De piramide van Maslow
Abraham Maslow ontwikkelde de piramide van Maslow, beter bekend als de behoeftepiramide. Hij was een psycholoog en zijn theorie brengt hiërarchie aan in de vijf basisbehoeften van de mens, beginnend bij de primaire fysieke basisbehoeften zoals water, eten en zuurstof. Als deze behoefte vervuld is, zoekt de mens naar bestaanszekerheid, het gevoel van veiligheid en zekerheid. Mijn oma ervaart dit niet. Mijn oma voelt zich al een behoorlijke tijd onzeker en onveilig. We hoopten met de tag op haar slaapkamerdeur dit probleem op te lossen.
Onveilig gevoel
Om het gevoel van onveiligheid dat mijn oma ervaart door gebeurtenissen als deze beter te kunnen uitleggen, neem ik jullie mee naar ongeveer anderhalf jaar geleden. Ik was thuis aan het stofzuigen toen ik merkte dat onze kluis niet meer op zijn plek stond. Waar die wel was gebleven, wist ik niet, maar ik dacht dat mijn ex-vriend, met wie ik toen samenwoonde, hem verplaatst had. Dat was namelijk de meest logische verklaring, aangezien alleen hij en ik toegang hadden tot onze woning.
Toen ik hem daarover vroeg, raakten we verwikkeld in een vreemd gesprek. Ik vond zijn reactie raar en hij vond mij vreemd reageren. Hij dacht namelijk hetzelfde: als de kluis weg zou zijn, dan moest ik dat gedaan hebben. Hij vroeg mij om te controleren of er iets anders op zijn plek stond, en zo ontdekte ik stukje bij beetje dat naast de hele kluis ook sieraden, andere spullen en geld verdwenen waren. Ik raakte in paniek. Mijn ex-vriend kwam thuis en niet veel later stond de politie voor de deur.
Onveilig voelen en invloed op het gedrag
Het gevoel van onveiligheid dat ik door deze inbraak heb ervaren is nooit meer helemaal weggegaan. De deur hebben ze open geflipperd, blijkbaar kan zelfs bij een speciale opdekdeur een pasje er tussen worden gewurmd om de deur te open wanneer deze niet in het slot zit. Sinds die inbraak draai ik, wanneer ik thuis ben, altijd de voordeur van binnenuit op slot. Als ik mijn viste binnenlaat doe ik de deur dicht en draai de deur op slot. Inmiddels weten ze wel waarom ik dit doe, maar het is toch een gek trekje wat ik over heb gehouden aan iets wat mij is overkomen.
Oma overkomt dit dagelijks weer opnieuw. Sinds ze in het verpleeghuis woont en door heeft dat iedereen haar kamer in en uit kan lopen, is ook bij mijn oma het typische verpleeghuistas-verschijnsel zichtbaar. Alles wat voor haar van belang is, zit in die tas, en deze wordt elk moment bewaakt.
Oma is niet de enige die er last van heeft. Een andere bewoonster vertelde over haar boek die zij terug vond op het toilet. “Belachelijk toch dat ik dat niet gewoon kan laten liggen,” zei ze, of een andere bewoner die mij toe vertrouwde: “Als ik ga slapen, leg ik alles onder mijn kussen. Vanmorgen was het weer weg. Dus ik zat op mijn knieën om onder het bed te kijken of het daar misschien lag.” De verdwenen gordijnen dragen niet bij aan het gevoel van veiligheid. In het verpleeghuis zijn mensen met dementie ‘veilig opgeborgen’, maar ze lijken zelf geen eigen veilige plek meer te hebben.
Zoektocht naar thuisgevoel in het verpleeghuis
Het telefoongesprek tussen mijn moeder en de verzorgende leidt ertoe dat de verzorgende de eerste contactverzorgende thuis gaat bellen om na te vragen wat er aan de hand is. Ik denk te weten wat er aan de hand is. De gordijnen op oma’s kamer hingen bij het inhuizen op ‘half zeven’, zoals wij dat in de familie noemen. De zomen waren losgelaten, ze sleepten over de grond en het zag er armoedig uit. Het droeg niet bij aan oma’s gevoel van thuis. Dus wij als familie hebben regelmatig gevraagd naar de gordijnen. Toen dat niet hielp, zijn we begonnen met mailen. Het gesprek over de gordijnen begon met de zorgmedewerker, maar breidde zich steeds verder uit naar de eerste contactverzorgende, de teamleider en uiteindelijk heb ik het ter sprake gebracht tijdens de familieavond met de locatiemanager in opleiding.
Gordijnen en het verdwenen thuisgevoel
Met één van de medewerkers had ik ook een bijzonder gesprek over de gordijnen. Dit vraagt om wat meer context: de werkdruk op de afdeling waar oma woont is hoog, en de bezettingsgraad is onvoldoende. Ik zie daardoor de schaarse vaste gezichten hard werken en vermoeid raken. In een gesprek over de gordijnen werd mij gevraagd wat belangrijker was: dat oma goede zorg krijgt of dat haar gordijnen gemaakt worden? Ik heb toen teruggekaatst dat ik het belangrijk vind dat oma, na vier maanden op de afdeling te wonen, zich nog steeds niet echt thuis voelt en dat de gordijnen daar een onderdeel van zijn. Dat was gelukkig een eye-opener voor haar. Alleen bleven de gordijnen op ‘half zeven’ hangen…
Ik vermoed nu dat we na vijf maanden eindelijk gehoord zijn in onze wens om de gordijnen te laten repareren. Het is natuurlijk super dat het eindelijk opgepakt wordt. De manier waarop is alleen niet zo handig. Oma lijkt van niets op de hoogte te zijn. Dit valt natuurlijk te betwisten; het is goed mogelijk dat ze geïnformeerd is en het simpelweg vergeten is. Dat is namelijk ook een aspect van dementie.
Echter, de verzorgenden op de afdeling lijken nu ook van niets te weten, en wij als familie zijn niet geïnformeerd. Ik ben vooral benieuwd naar wie wel weet waar de verdwenen gordijnen zijn gebleven en wanneer ze weer terugkomen. Want dat is degene die het net even anders aan had kunnen pakken. En dat is ook degene waarmee ik graag in gesprek zou willen gaan om te voorkomen dat dit bij andere bewoners gebeurt.
Blog Oma vanNoes
Wat leuk dat je mijn blog gevonden hebt! Ik ben met dit blog gestart om meer bewustzijn rondom het leven met dementie te creëren. Voor mijn oma is het belangrijk om haar zelfstandigheid en regie te kunnen behouden. Sinds oma in het verpleeghuis woont lijkt dit een grotere uitdaging te zijn geworden. Voor oma zelf, maar ook voor ons als betrokken familie. In mijn blogs ga ik in op gebeurtenissen, de bijhorende emoties maar ook wet- en regelgeving. Want hoe is de dementiezorg nu eigenlijk geregeld in Nederland? En waarom doen wij met elkaar wat wij doen? Wil je meer over mij te weten komen? Op deze pagina stel ik mijzelf voor. Meer over mijn redenen om te schrijven en over mijn oma zelf vindt je hier.
Geef een reactie